Theedrinken bij de Nenets

Govert de Groot

Het winters sneeuwlandschap gaat langzaam over van boreaal bos naar toendra. Meer dan 1.000 km op de slee achter de buran heb ik mogen hobbelen. Onderweg stoppen we af en toe bij een rendierbrigade om thee te drinken of overnachten we bij hen in de Chum of bij Nenets of Pomoren in een dorpje. De indrukken zijn niet bij te houden. De twaalfdaagse tocht gaat van Mezen naar Naryan Mar in NoordRusland. Daarbij kun je niet zonder bont. Mijn moderne westerse expeditiekleding is volgens de Nenets niet warm genoeg. Ik krijg een malitsja aan, een jas van rendierhuiden met haren binnen en buiten en grote ruime rubberen laarzen. Aan het eind van de tocht woon ik de algemene vergadering van Yasavey bij.


In maart 2004 reis ik met Vladislav Peskov, voorzitter van de Nenets-organisatie Yasavey en Volodya Kotkin, Yasavey-medewerker voor het Matra-KAP project. Vanuit Mezen vertrekken wij met twee burans (Russische sneeuwscooters) en Nenets-chauffeurs. Het is wel even zoeken naar een goede manier om op de slee achter de buran te zitten. Je bonkt constant op en neer. Op de eerste dag bezoeken we twee rendierbrigades waar we thee drinken. Daarbij moet je niet denken aan één kopje met een biscuitje. Nee, de tafel zakt zowat door van de vele lekkernijen uit de toendra. Rauwe, bevroren, gekookte of gebakken vis of gevogelte zoals sneeuwhoen, veel bessen en natuurlijk gebraden, gekookt of rauwbevroren rendiervlees. Beide brigades komen voor de winter met hun rendieren van het Kanin schiereiland. Zij hebben geen chum maar ronde houten tenten en er zijn veel vrouwen en kinderen in het kamp. Rendierhouders uit de dichtstbijzijnde brigade komen voor Vladimir, de chauffeur, langs. Hij fungeert ook als postbode.
Als de brigades de grens van de Nenets Autonome Okrug (NAO) naar de Archangelsk Oblast over gaan, stuiten zij, door andere regelgeving met betrekking tot het houden van rendieren, op problemen.

Ganzenringen
In elke plaats brengen we een bezoek aan het hoofd van de 'administratie', het plaatselijk bestuur. In Nes praten we over de slechte sociale situatie en ik moet natuurlijk geregistreerd worden. We zitten hier vlakbij de zeegrens en vandaar dat je bijzondere toestemming nodig hebt om hier te mogen reizen. Het hoofd van de administratie vertelt dat er vorige zomer twee ganzenringers uit Nederland waren. In Nes woont een mix van Nenets, Komi, Pomoren en Russen. De Nenets zijn in hoofdzaak rendierhouders van het Kanin schiereiland. De relaties tussen de verschillende bevolkingsgroepen zijn moeizaam.
Op naar Oma. Hier bezoek ik de Yasaveyafdeling die meedoet aan het MatraKAP project van de Nederlandse ambassade in Moskou. Daarmee is computerapparatuur aangeschaft en ze brengen onder andere hun eigen locale nieuwsbrief uit. Er is geen internetverbinding. Ook hier kunnen de rendierhouders van Kanin, die met pensioen gaan, moeilijk een huis krijgen en zijn er veel sociale problemen. Op mijn logeeradres vind ik de eerste ganzenpoot- en nekring op de tv en vraag waar deze vandaan komt, waardoor een nieuw terugkerend gespreksonderwerp ontstaat. Ik leg uit dat deze ringen voor vogeltrekonderzoek gebruikt worden en vertel dat de ganzen onder andere naar Nederland vliegen en dat het ook in hun belang is dat deze informatie verzameld wordt. Later is een oproep in de Yasavey Vada (nieuwsbrief) geplaatst.
Het is nu meer dan 24 C binnen en buiten min 27 C. Hoe vaak we onderweg thee drinken, is niet bij te houden. We komen een oude olietoren tegen. Het metaal wordt door eenieder voor van alles en nog wat gebruikt. In de volgende nederzetting worden we door de vader, moeder, oudoom, oudtante en zus van Peskov opgewacht. De man des huizes is op jacht. Vader, moeder en oudoom zijn met de burans uit Indiga gekomen om ons op te halen. Natuurlijk wordt er bij aankomst uitgebreid thee gedronken. Het is een vol huis. Mij wordt verteld dat zo'n twee jaar geleden een groep Italianen met een helikopter naar het Kaninschiereiland is gevlogen om daar een berg ganzen bij elkaar te schieten, vooral die met nekringen. Dit wordt ten zeerste afgekeurd.

Vrouwendag
's Ochtends al wordt het diepgevroren rauwe rendiervlees voor mijn neus klaargemaakt. Peskov en Kotkin smullen er met een beetje zout van. Voor mij te vroeg. Ik weet dat ik nog menige 'thee' voor de boeg heb. Het is 8 maart, vrouwendag. In Dom Kultura is een vrouweninstuif waarbij iedereen eten en drinken meeneemt. Maar goed dat ik tijdens de thee alleen soep en wat wodka gedronken heb. Wij zijn de enige drie mannen. De directrice en haar medewerkster willen allerlei spelletjes met ons spelen. Echter de meeste dames zijn meer geïnteresseerd in onze tocht en naar wat Peskov over Yasavey te vertellen heeft.

Barentszzee
We vertrekken rond 7.30 uur naar Indiga. Het wordt een lange dag, maar dat deze zo lang zou duren...! We rijden naar het vissersdorp aan de bevroren Barentszzee. Van een visser waar we thee drinken, krijg ik een ganzenlokfluit, gemaakt van een koperen geweerpatroon en twee ganzenringen. Beide ringen zijn van het vogeltrekstation Arnhem. Eén daarvan is van een mannetjes kolgans (Anser Albifrons) welke op 31 december 1998 in de Eemnes Maatpolder in Utrecht is geringd. Hij was toen tenminste een jaar oud. In mei 2002 werd hij afgeschoten, afstand 2.863 km.
Het indrukwekkende landschap van de Barentszzeekust is niet te beschrijven. Onderweg zien we een paar keer wolken sneeuwhoenders, ook in het koplamplicht. Onderweg moet erg vaak de bougie worden schoongemaakt. Een glijder van de slee raakt door de onbesneeuwde rotsen los. Als de avond invalt weten we wel waar we zijn, maar naar onze bestemming komen is door de harde wind en de natte sneeuw bijna niet te doen. Dan loopt de ene buran vast in de sneeuw en dan de ander. Zo ligt de een ineens op zijn kant met oom eraf en zo de ander. Ik val ook een keer van de slee en dan voel je je even eenzaam in de poolnacht. Ook houdt de motor er menig keer mee op. De tijd weet ik niet meer, maar op een bepaald moment wordt besloten halt te houden, de rendiervellen worden verzameld en we gaan uit de wind tegen de buran zitten. Zonder bont en huiden is het hier heel wat onaangenamer. Oom gaat vaak een stuk lopen om de weg te verkennen. Volgens mij weet de moeder ook zeer goed waar we zijn.
Ik weet niet hoe lang we in de storm gelegen hebben, maar men besluit om op te breken en naar de kust te gaan. Ook dit keer lukt het niet om de goede doorgang te vinden Volgens de oom en de vader is er verderop open water. De Barentszzee bevriest in de winter niet helemaal. De benzine is bijna op. 's Ochtends belt Peskov met de sataliettelefoon. De man van het weerstation aan de kust boven Indiga komt op zijn buran met nieuwe benzine en om ons de doorgang te wijzen. Na de thee in het vissersdorp hebben we niet echt iets gegeten. Ik had erop gerekend dat we onderweg nog wel een paar keer thee zouden drinken.
Eindelijk komen we rond 13 uur in Indiga aan. We zitten bij de medewerkster van het Matra-KAP project, warm. De vrouwen regelen het huishouden. De kat ligt lekker op de grond. Ik probeer mijn verhaal op te schrijven. Het is moeilijk me nog te herinneren wat er precies gebeurd is.
Weer verder, een stuk op een door drie rendieren getrokken slee alleen met Ivan, de chauffeur. Onderweg vliegt een raaf krassend over. Eerst denk ik dat er rotsen liggen, maar dat kan ondanks het warme weer toch niet? Het is de kudde van meer dan duizend stipjes die langzaam groter worden.

Yasavey congres
Aan het einde van onze tocht wacht het tweede NAOrendierhouderscongres en het Yasaveycongres. Nenets uit de hele okrug zijn naar de hoofdstad Naryan Mar gekomen. Vlak voor het congres probeert de NAObestuur Yasavey in een kwaad daglicht te stellen. In 1995 is er een lening aan Yasavey gegeven van 40.000 roebel (zo'n € 1155,-). Het bestuur komt nu met de eis dat deze binnen tien dagen afgelost moet worden plus 55.000 roebel (zo'n € 1590,-) rente. Zo niet dan sturen ze de zaak naar de rechter. Peskov blijft er koel onder. Ze proberen oude methoden te gebruiken en hadden immers negen jaar de tijd om met deze claim te komen. Enkele leden van het Okrug-parlement en anderen komen niet naar het congres omdat zij in deze kwestie geen partij willen kiezen.
Tijdens het rendierhouderscongres komen ook de huisvestingsproblemen van rendierhouders aan de orde, maar het terugkerende onderwerp is vooral het slechte functioneren van de nieuwe communicatie-apparatuur en het ontbreken van antennes. Ook richt het congres officieel de NAO-rendierhoudersvereniging op en als voorzitter wordt de Alexander E. Vyucheisky jr. gekozen.
Omdat de verkiezing voor de nieuwe voorzitter van Yasavey op de agenda staat, wordt het de laatste dag van het Yasavey-congres echt spannend. Eerder, tijdens de congressen vertoonde de gouverneur van de NAO, Vladimir Butov zich al omringd door zijn lijfwachten, die de meeste tijd van het jaar in Moskou verblijft. Onderhands is door Butov, Alexander I. Vyucheisky sr., voormalige voorzitter van Yasavey, als tegenkandidaat van Vladislav Peskov naar voren geschoven. Deze is met de gouverneur bevriend en tegen het vooruitstrevende onafhankelijke beleid van Peskov. De gouverneur bemoeit zich inhoudelijk met het congres. In de wandelgangen belooft hij van alles. Er duikt een brief op waarin hij de deelnemers een uitkering toezegt. Oude Sovjetmethode, ongehoord!
Na veel rumoer wordt Peskov als voorzitter van Yasavey herkozen. Dat belooft een vruchtbare samenwerking.